Fiscaal regulariseren wordt opnieuw mogelijk

geldbiljetten
25/06/25

Anderhalf jaar na de stopzetting van de vorige “permanente” regularisatie komt er een nieuwe “permanente” regularisatie. Hoewel er eigenlijk niet zo veel nieuw aan is…

Vanaf 2024 kwam er een einde aan de mogelijkheid om fiscaal te regulariseren. Maar omdat er nog veel vraag bleef naar een regularisatiemogelijkheid, wordt die nu toch opnieuw aangeboden. De programmawet die op dit moment in behandeling is in het parlement, bevat een hoofdstuk in die zin. De nieuwe fiscale regularisatie zou toepassing vinden vanaf 1 juli 2025.

Hogere tarieven

De term “nieuw” is in deze context overigens niet helemaal op zijn plaats want de nieuwe regeling is nagenoeg volledig gekopieerd van de vorige. De enige nieuwigheid betreft de tarieven, die verhoogd worden. Wie regulariseert, moet de normaal verschuldigde (maar indertijd ontdoken) belasting betalen en daarbovenop nog een soort straftarief. Dat laatste bedraagt 30 percentpunten (vroeger 25). Voor “verjaarde kapitalen” geldt een apart tarief van 45 percentpunten (vroeger 40). Het gaat dan om bedragen waarvoor de fiscale aanslagtermijnen al verstreken zijn en waarvoor dus geen belasting meer verschuldigd is. Dergelijke kapitalen regulariseren blijft zinvol omdat een regularisatie ook bescherming biedt tegen strafrechtelijke vervolging. Een (voortdurend) witwasmisdrijf verjaart in principe niet, dus vanuit dat oogpunt blijft een regularisatie zijn nut hebben ook nadat puur fiscaal gezien al verjaring ingetreden is.

Voorbeeld. Wie een interest van 1.000 euro op een zwarte rekening niet aangegeven heeft, betaalt 600 euro regularisatieheffing: 300 ontdoken roerende voorheffing (30%) plus 30 percentpunten.

Het “straftarief” is niet cumulatief van toepassing voor elke ontdoken belasting. Stel: een inkomen van 1.000 euro waarop geen personenbelasting betaald is maar waarop ook BTW afgedragen had moeten worden. De regularisatieheffing bedraagt dan

Afgezien van de tarieven wordt dus volledig aangeknoopt bij het vorige regularisatiestelsel. Dat wil onder meer zeggen dat men moet aankloppen bij de Dienst Voorafgaande Beslissingen (rulingcommissie) en meer bepaald bij het Contactpunt regularisaties, dat in de schoot van de Dienst (her)opgericht wordt.

Eenmalig

Belangrijk is ook dat de regularisatiemogelijkheid eenmalig is. Dat was onder de vorige regularisatieronde in principe ook al zo, maar die telt nu niet meer mee. Wie tijdens de vorige ronde niet alles aangegeven zou hebben, kan die “vergetelheid” dus nu goedmaken. Maar die kans krijgt men slechts eenmaal. Het komt er bijgevolg op aan alles goed voor te bereiden.

De regularisatie is niet alleen bedoeld voor natuurlijke personen maar ook voor vennootschappen (zelfs als ze niet aan vennootschapsbelasting onderworpen zijn), voor rechtspersonen die aan de rechtspersonenbelasting onderworpen zijn en voor burgerlijke vennootschappen of verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid. Het aanhouden van een vermogen in hoofde van een buitenlandse structuur kan eveneens geregulariseerd worden. De aangever moet dan aantonen dat hij de economische begunstigde is van het vermogen en de inkomsten ervan.

Ook bekend van vroegere regularisatierondes is de regel dat een regularisatie niet meer mogelijk is van zodra de fiscus een specifiek onderzoek is gestart. Anders zou het natuurlijk te gemakkelijk worden om aan alle (gewone) sancties te ontsnappen door op dat moment nog snel te regulariseren.

Ook de procedure is dezelfde als vroeger. Zo moet de aanvrager bij zijn regularisatieaangifte een fraudeschema voegen en een toelichting over de oorsprong van de zwarte inkomsten of kapitalen. Het Contactpunt berekent de verschuldigde regularisatieheffing maar de verantwoordelijkheid over het aangegeven bedrag berust bij de aangever. Die laatste wordt bovendien verondersteld alles te regulariseren wat er te regulariseren valt.

Ook gewesten

Het systeem dat binnenkort ingevoerd wordt middels deze (federale) programmawet is logischerwijze alleen bedoeld voor federale belastingen. Dat zijn bijvoorbeeld de personenbelasting, de vennootschapsbelasting en de BTW, naast kleinere belastingen als de verzekeringstaks. Maar er is afgesproken – minstens al met het Vlaamse en Waalse gewest – dat de gewesten ook een regeling zullen uitwerken, die het spiegelbeeld van de federale regeling moet vormen. Dan zal het ook mogelijk om successierechten (erfbelasting) te regulariseren.

In afwachting is het voorlopig echter zelfs niet mogelijk om “gemengde” dossiers te regulariseren, dat wil zeggen dossiers waar het “federale” en het “gewestelijke” aandeel niet duidelijk af te bakenen is.

Oorspronkelijk was er sprake van een bijzondere regeling voor bijvoorbeeld erfgenamen die te goeder trouw zijn, dat wil zeggen zich niet bewust waren van de fraude die de erflaters gepleegd hebben (misschien zelfs in een ver verleden) en waardoor ze nu “zwart geld” erven waar ze eigenlijk niets mee te maken hebben. De federale regularisatie omvat uiteindelijk geen dergelijke regeling. Het is nog niet bekend of er rekening mee gehouden zal worden in de gewestelijke regelingen.

 

Bron: ontwerp van programmawet, Parl. Doc., Kamer, nr. 56-0909/001