Huur kwijtschelden wegens coronasluiting levert belastingvoordeel op

Gesloten wegens corona
14/04/21

We zijn nu al aan de vierde fiscale coronawet. Die bevat weer een pakket steunmaatregelen die de gevolgen van de coronacrisis moeten verzachten voor de ondernemingswereld. De belangrijkste nieuwigheid is een belastingvermindering (in de personenbelasting) en een belastingkrediet (in de vennootschapsbelasting) voor verhuurders die de huur kwijtschelden van huurders die verplicht moeten sluiten. De maatregel is echter zeer tijdelijk.

Het nieuwe belastingvoordeel is bedoeld voor eigenaars van een gebouw dat verhuurd wordt aan ondernemingen die verplicht moeten sluiten op basis van de beperkende maatregelen die afgekondigd zijn ter bestrijding van de covid-19-pandemie. Die eigenaars krijgen een belastingvermindering in de personenbelasting en een belastingkrediet in de vennootschapsbelasting als ze de huur kwijtschelden van de getroffen onderneming. Het belastingvoordeel bedraagt 30% van het kwijtgescholden bedrag.

Op die manier wil de regering de verhuurders aanmoedigen om vrijwillig de huur kwijt te schelden, zodat liquiditeitsproblemen vermeden worden bij ondernemers die hun deuren moeten sluiten. De fiscale gunstmaatregel is dus een aanvulling op de Vlaamse en Brusselse handelshuurlening, die ondernemingen ondersteunt die nog wel (gedeeltelijk) de huur moeten blijven betalen (https://www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/handelshuurlening).

Maart tot mei

Alleen de huur van de maanden maart, april en/of mei 2021 komt in aanmerking. De regering gaat ervan uit dat er daarna een einde komt aan de verplichte sluitingen en de maatregel dus niet meer “nodig” zal zijn. Kwijtgescholden achterstallen tellen niet mee.

De huurder moet het pand gebruiken voor zijn eigen ondernemingsactiviteit. Als hij het ook privé gebruikt, of deels ter beschikking stelt van een derde, moet de huur omgedeeld worden, desnoods in functie van de privé en beroepsmatig benutte oppervlakte. Alleen het “beroepsgedeelte” van de huur komt dan in aanmerking voor het belastingvoordeel.

Er is nog een lange lijst andere voorwaarden. Zo moet de huurder een zelfstandige zijn of een kleine vennootschap. Daarnaast moet de verplichte sluiting betrekking hebben op de hele dag. Een vervroegd sluitingsuur wegens de avondklok volstaat dus niet: kwijtschelding van de huur aan dergelijke huurders levert geen belastingvoordeel op. Anderzijds belet de bereiding van afhaalmaaltijden niet dat er sprake is van een volledige sluiting.

Voorts mag de huurder geen huurachterstallen gehad hebben op het moment dat de eerste lockdown inging (12 maart 2020). Het is immers niet de bedoeling dat er steun gaat naar ondernemingen die al in slechte papieren zaten, zodat die eventueel kunstmatig in leven gehouden zouden worden dankzij de coronasteun. Om dezelfde reden zijn huurders uitgesloten die een “onderneming in moeilijkheden” zijn op het moment van de kwijtschelding.

Geen banden tussen verhuurder en huurder

En er zijn nog andere categorieën huurders die uitgesloten worden. Kwijtscheldingen ten voordele van eigen familie of gezinsleden tellen niet meer voor de belastingvermindering. Hetzelfde geldt voor andere situaties waarin belangenvermenging dreigt, zoals een verhuurder die tevens bedrijfsleider is van de hurende vennootschap, of een belangrijke aandeelhouder. Of omgekeerd, als de verhuurder een vennootschap is en de huurder een particulier, mag die laatste geen bedrijfsleider of belangrijke aandeelhouder zijn van de verhurende vennootschap. En als zowel verhuurder als huurder een vennootschap zijn, mogen zij niet verbonden zijn.

Formaliteiten

Bovendien zijn er ook formaliteiten te vervullen. De kwijtschelding moet vastgelegd worden in een schriftelijke overeenkomst. En die moet ook aan de fiscus bezorgd worden. De deadline daarvoor is 15 juli 2021.

Geheel of gedeeltelijk

Toch krijgt de maatregel al bij al een ruime invulling. Zo levert ook een gedeeltelijke kwijtschelding al een belastingvoordeel op. Zij het dat dan wel minstens 40% van de huur kwijtgescholden moet worden. Als de huur per jaar of per kwartaal betaald wordt, volstaat het desgevallend het bedrag evenredig om te delen.

Voorts komt niet alleen de huur in eigenlijke zin in aanmerking voor de fiscaal begunstigde kwijtschelding maar ook de huurvoordelen (bijv. tenlasteneming door de huurder van de onroerende voorheffing), toch als die niet eenmalig zijn. Die huur hoeft trouwens geen handelshuur te zijn. Hij kan zelfs alternatieve vormen aannemen zoals een terbeschikkingstelling via een brouwerijcontract of erfpacht. Tot slot kunnen ook vruchtgebruikers, erfpachters of opstalhouders het belastingvoordeel krijgen (eventueel pro rata).

Cijfers

Ten slotte zijn er ook grenzen gesteld aan het bedrag van het belastingvoordeel. Er zijn twee maxima:

  • 5.000 euro per huurcontract per maand
  • 45.000 euro per verhuurder.

Een verhuurder met drie (verplicht gesloten) huurders die elk 5.000 euro per maand huur betalen, maakt dus maximaal gebruik van het belastingvoordeel door voor elk van hen de volledige huur voor de drie maanden maart, april en mei kwijt te schelden (5.000 × 3 huurders × 3 maanden = 45.000). Dat lukt ook nog als hij zes huurders heeft die elk 2.500 per maand betalen (2.500 × 6 × 3 = 45.000). Het effectieve belastingvoordeel bedraagt dan 13.500 euro (30% van 45.000). Maar als de maandelijkse huur voor die zes huurders 3.000 euro zou bedragen, en de verhuurder scheldt alles kwijt, zit hij boven het maximum en krijgt hij dus geen hoger belastingvoordeel (3.000 × 6 × 3 = 54.000). En één huurder die voor 15.000 euro per maand huurt, levert hoogstens een belastingvoordeel op van 15.000 euro (5.000 × 3 maanden = 15.000).  

De wet is definitief goedgekeurd in de Kamer en verschijnt binnenkort in het Staatsblad.

 

Klik hier voor bron.